Hoorntjes met roquefort
Hoorntjes met Roquefort, 1957
Bereiding
Bladerdeeg uitrollen tot een rechthoekige lap van zo’n 2 à 3 mm dikte en 20 cm in lengte. In repen snijden van 1 ½ cm en de bovenkant van de repen met een kwastje bevochtigen. Elk reepje natgemaakt deeg zodanig om een ingevette roomhoornpen winden dat het deeg steeds een halve cm overlapt. De hoorns op een met bloem bestoven of natgemaakte bakplaat leggen, met wat geklopt ei bestrijken en ca. 25 minuten bakken in een vrij hete oven met flinke onderwarmte. Na het bakken de pen voorzichtig verwijderen en de hoorns laten bekoelen. De hoorns daarna vullen met een mengsel van roquefortkaas en boter.
Bron: Culinaire encyclopedie samengesteld door C.A.H. Haitsma Mulier – Van Beusekom, Amsterdam, Elsevier, 1957