Pinksteren
Palingbroodjes
Palingbroodjes zijn van oudsher geliefd in Zeeland, maar ook in Noord-Brabant en
Belgisch Brabant. Ze werden vooral in de vissersdorpen gemaakt. Men at ze met Pinksteren maar ook met Kerst en Pasen.
Na de Tweede Wereldoorlog werden ze meer algemeen. Palingbroodjes worden met name op Schouwen-Duiveland nog veel gebakken.
De dikke, vette paling uit de (binnendijkse) sloten van Schouwen was vermaard en volgens kenners beter dan die uit de zeemondingen.
Tot de jaren ‘50 van de vorige eeuw kochten de bakkers hun palingen meestal rechtstreeks van de vissers. Momenteel worden ze van de vishandel betrokken.
Tweederangs broodjes worden van bladerdeeg gebakken. De echte palingbroodjes horen echter gemaakt te worden van een mengsel van tarwebloem, gist, melk, boter en zout.
Ze dienen bij voorkeur warm te worden opgegeten. Men neemt het broodje dwars in de mond (als een harmonica) om de vis makkelijk van de graat te kunnen bijten.