Tweede Wereldoorlog
Zweeds wittebrood
Om de Nederlanders door de strenge, loodzware Hongerwinter heen te helpen kwam het Zweedse Rode Kruis begin 1945 in actie. Van Zweeds meel werden Zweedse wittebroden gebakken die ‘naar de vrijheid smaakten’. Na de bevrijding werd een luxe vlechtbrood ontwikkeld, de Winston, als eerbetoon aan de man die niets anders dan‘bloed, zweet en tranen’ kon beloven.
Proef de vrijheid!
In de herinnering van veel mensen werd het Zweeds witbrood boven Nederland uitgegooid door Amerikaanse en Britse bommenwerpers in april/mei 1945 tijdens operatie Manna. Het brood was echter in Nederland gebakken, van meel dat aangevoerd werd door drie grote schepen van het Zweedse Rode Kruis (de Noreg, de Dagmar Bratt en de Hallaren).
De eerste twee schepen liepen op 28 januari 1945 de haven van Delfzijl binnen. Het vrachtschip Hallaren volgde korte tijd later. Aan boord van de eerste twee schepen bevond zich zo'n 3700 ton aan voedsel. In de Hallaren bevond zich zo’n 4000 ton aan voedsel.
‘Gave des Hemels’
Van het aangevoerde meel werd in Nederlandse bakkerijen het echte ‘Zweedsche wittebrood’ gebakken. Het vervoer van dit brood (onder supervisie van het Rode Kruis) werd bemoeilijkt door tekort aan transportcapaciteit. Daardoor duurde het voor de stedelijke bevolking nog een maand voordat men dit brood in handen kreeg. Voor de bevolking in de hongerende gebieden was het Zweeds wittebrood en de bijgeleverde margarine een onvergetelijke ervaring. Na járen van bezetting en slechte voeding onder andere in de vorm van het zogenoemde ‘oorlogsbrood’ proefde men nu eindelijk weer kwalitatief goed brood. Brood waarvan men de smaak en de geur bijna vergeten was. De overlevenden van de Hongerwinter vertelden nog 50 jaar later enthousiast over deze voedselhulp, die voor hen als een 'gave des hemels' uit de 'lucht' kwam vallen.
Brood en een pakje margarine
De Naaldwijkse bakker en broodbezorger Cor Sala schreef hierover in zijn dagboek: ‘Zweden biedt hulp. Vanwege het Zweedse roode kruis zal er beschikbaar worden gesteld 800 gram brood per persoon - 125 gram margarine en voor kinderen tot 14 jaar 125 gram grutterswaren. Bonnen daarvoor moeten voor 20 febr. ingeleverd worden.’ (17 februari 1945)
‘Deze nachten gewerkt om het brood, beschikbaar gesteld door het Zweedse rode kruis te bakken. Tot aandenken nog foto’s gemaakt’. (12 en 14 maart 1945)
Dat Zweedse wittebrood kon, in afgepaste hoeveelheden, gratis worden afgehaald bij de bakker. Hiervoor werd een speciale administratie opgezet om er voor te zorgen dat ieder de juiste hoeveelheid brood en margarine ontving.