Dorsen
Dorsen en wannen
Na de oogst wachtte de boer een taak die vaak niet minder gemakkelijk was: de graankorrels moesten uit de aren verwijderd worden. Dat kon bijvoorbeeld met behulp van ossen of ezels die over de aren heenliepen. De aren werden hiervoor op een harde ondervloer gelegd. Het dorsen nam het grootste aantal werkdagen in beslag en werd meestal 's winters gedaan als er weinig werk op de akkers verricht kon worden. Dorsvlegels en dorssleden waren nuttige hulpmiddelen tot er machines werden ontwikkeld die het zware werk vergemakkelijkten.
Was het graan op deze manier gedorst, dan moest de wind in de tijd vóór de mechanisatie zorgen voor verwijdering van het kaf. Hierna werd het koren naar opslagplaatsen gebracht in de vorm van onderaardse putten in de oudheid of naderhand in diverse soorten bovengrondse silo’s. Wrijving, de oudste dorsmethode, bestaat erin de aren in de hand te pletten. De techniek van het geselen, waarbij de graankorrel van het stro wordt gescheiden door met de schoven op een stuk hout of, vaker nog, op een ton te slaan, werd toegepast voor rogge. De restanten stro werden gebruikt voor de vervaardiging van deurmatten en koorden, voor het matten van stoelen en het bedekken van woningen.
Wannen
Het gedorste koren moest ook nog gezuiverd worden. Dit gebeurde onmiddellijk na de oogst of in de loop van de winter. "Hij heeft zijn wanschop in de hand en zal zijn dorsvloer vegen en de tarwe bergen in de schuur. Maar het kaf zal hij verbranden in het eeuwige vuur", zo schrijft Mattheus in het Nieuwe Testament. Het wannen van het koren gebeurde met een soort schop of met grote platte korven. Om het kaf van het koren te scheiden wierp men het nog niet gezuiverde koren omhoog tegen de wind in. De zware korrels vielen neer en kaf, onkruidzaad en andere stofdeeltjes werden door de wind meegevoerd. Het wannen met de wanmolen kwam in Europa in zwang op het einde van de 17e eeuw.
Goud in Spanje
Als met goud doorschoten stralen hemel en aarde wanneer aan de rand van een Spaans dorp de dorsarbeid aan de gang is en een koppel ossen of muildieren uren lang een trappelende kringloop leggen over het uitgespreide koren. Gemend door een man slepen zij een soort slede achter zich aan die de graankorrels uit de aren duwt. Wanneer de mannen dan in de hoek van de dorsplaats de gele massa koren, kaf en stro met grote rieken opgooien en het kaf meegevoerd wordt op de wind dan vallen als uit een vergulde lucht de gouden druppels koren neer op aarde. [ is dit een citaat? ]